De voorzitter opent de zitting op 23/01/2025 om 20:00.
De burgemeester opent namens de beleidsploeg met een nieuwjaarsbrief met de beste wensen en ambities voor onze Breeënaren. Dit zijn woorden die in daden zullen worden omgezet, dat zal ook ervaren worden.
De notulen opgesteld volgens de richtlijnen van het DLB, worden goedgekeurd.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op artikelen 32, 74, 277 en 278 van het Decreet over het Lokaal Bestuur met betrekking tot de verslaggeving en notulen van de gemeenteraad en OCMW-raad;
Overwegende dat de notulen in chronologische volgorde alle onderwerpen vermelden die de raad besprak, met de beslissingen en het resultaat van de stemming. De goedkeuring door de raad en de ondertekening door de voorzitter en de algemeen directeur verleent het stuk authenticiteit;
Overwegende dat de algemeen directeur verantwoordelijk is voor de opmaak en het bewaren van de notulen en van het zittingsverslag, dat laatste mag via audio-en/of visuele drager gebeuren;
Art. 1: De notulen van de gemeenteraad van 19 december 2024, opgesteld volgens de richtlijnen van het DLB, worden goedgekeurd.
Art. 2: De bepalingen van Deel 2, Titel 7 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Het zittingsverslag opgesteld volgens de richtlijnen van het DLB, wordt goedgekeurd.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op artikelen 32, 74, 277 en 278 van het Decreet over het Lokaal Bestuur met betrekking tot de verslaggeving en notulen van de gemeenteraad en OCMW-raad;
Overwegende dat volgens de richtlijnen van het Agentschap Binnenlands Bestuur Vlaanderen het schriftelijk zittingsverslag een selectie bevat van wat er is gebeurd tijdens de openbare vergadering. Het vermeldt alle besproken onderwerpen en de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen. De goedkeuring door de raad en de ondertekening door de voorzitter en de algemeen directeur verleent het stuk authenticiteit;
Overwegende dat de algemeen directeur verantwoordelijk is voor de opmaak en het bewaren van de notulen en van het zittingsverslag, dat laatste mag via audio-en/of visuele drager gebeuren;
Art. 1: Het zittingsverslag van de gemeenteraad van 19 december 2024, opgesteld volgens de richtlijnen van het DLB, wordt goedgekeurd.
Art. 2: De bepalingen van Deel 2, Titel 7 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Marijke Evens wordt aangesteld als waarnemend algemeen directeur in situaties van afwezigheid of verhindering van de algemeen directeur, de waarnemend directeur oefent alle bevoegdheden van de algemeen directeur uit.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op artikel 166 DLB houdende vervanging van de algemeen directeur (en financieel directeur) bij diens afwezigheid;
Overwegende dat huidig waarnemend directeur, Marjolein Schelmans, stadsjurist, uit eigen beweging onze organisatie gaat verlaten en zich in opzegperiode bevindt;
Overwegende dat de algemeen directeur Stefan Goclon voorstelt om per 1 februari 2025 Marijke Evens, lid van het management team en verantwoordelijke van de personeelsdienst en ervaren collega aan te stellen als zijn waarnemer als hij afwezig is (verlof, ziekte, …);
Art. 1: Marijke Evens wordt vanaf 1 februari 2025 aangesteld als waarnemend algemeen directeur in situaties van afwezigheid of verhindering van de algemeen directeur, de waarnemend directeur oefent alle bevoegdheden van de algemeen directeur uit.
Art. 2: De bepalingen van Deel 2 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Ter kennisgeving: Op de raad van bestuur van het AGB Bree d.d. 19.12.2024 werd besloten dat overeenkomstig de statuten van het AGB Bree alle leden van de gemeenteraad, de Raad van Bestuur van het autonoom gemeentebedrijf Bree vormen en dat de leden van het college van burgemeester en schepenen worden aangesteld als leden van het directiecomité van het Autonoom Gemeentebedrijf Bree. In diezelfde vergadering werd besloten dat dhr. Sietse Wils wordt aangesteld als voorzitter AGB en dhr. Jo Leenders als ondervoorzitter AGB en dat de algemeen directeur van de stad en het OCMW Bree vanaf 01/03/2025 als secretaris van het Autonoom Gemeentebedrijf Bree wordt aangeduid.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op de besluiten van raad van bestuur van het AGB Bree d.d. 19.12.2024;
Art. 1: De gemeenteraad neemt kennis van de samenstelling van de Raad van Bestuur en het directiecomité AGB, de aanstelling van de voorzitter en ondervoorzitter AGB en de aanduiding van de secretaris van het AGB (vanaf 01.03.2025) zoals besloten door de raad van bestuur van het AGB d.d. 19.12.2024
Art. 2: De bepalingen van Deel 2, Titel 7 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
De gemeenteraad verleent goedkeuring aan het voorstel van evaluatieverslag 2019-2024, dat integraal deel uitmaakt van dit besluit.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op de beheersovereenkomst stad - AGB Bree die op 24 juni 2019 door de Raad van Bestuur van het AGB en de Gemeenteraad werd goedgekeurd;
Overwegende dat artikel 227, tweede lid DLB bepaalt:
“Elk gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap legt in de loop van het eerste jaar na de volledige vernieuwing van de gemeenteraden een evaluatieverslag voor aan de gemeenteraad over de uitvoering van de beheers- of samenwerkingsovereenkomst sinds de inwerkingtreding ervan. Dat verslag omvat ook een evaluatie van de verzelfstandiging, waarover de gemeenteraad zich binnen drie maanden uitspreekt.”
Overwegende dat er een evaluatieverslag 2019-2024 werd opgesteld door de diensten, hetgeen in bijlage van dit besluit wordt gevoegd om er integraal deel van uit te maken;
Dat het evaluatieverslag voldoet aan de wettelijke vereisten en zodoende kan worden goedgekeurd;
Wettelijk kader en overzicht
Het Decreet over het lokaal bestuur (DLB) legt aan ieder extern verzelfstandigd agentschap de verplichting op om in het eerste jaar van de legislatuur een evaluatieverslag voor te leggen aan de gemeenteraad. Art. 227, tweede lid DLB bepaalt:
“Elk gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap legt in de loop van het eerste jaar na de volledige vernieuwing van de gemeenteraden een evaluatieverslag voor aan de gemeenteraad over de uitvoering van de beheers- of samenwerkingsovereenkomst sinds de inwerkingtreding ervan. Dat verslag omvat ook een evaluatie van de verzelfstandiging, waarover de gemeenteraad zich binnen drie maanden uitspreekt.”
De Raad van Bestuur AGB en de Gemeenteraad keurde op 24/06/2019 de huidige beheersovereenkomst goed.
De belangrijkste aanpassingen/verbeterpunten hadden toen betrekking op:
- een betere synergie tussen beide entiteiten ( AGB én Stad ) op vlak van financieel beheer.
Er werd een sterke synergie op vlak van het financieel beheer en management afgesproken tussen de stedelijke organisatie en administratie enerzijds en het AGB anderzijds, om te vermijden dat er bij het AGB een ontsporing van financieel beheer, beleidsvoering en management zou ontstaan. Hiertoe werd het financieel beheer en het management van het AGB volledig te verankerd in de gemeentelijke beheers- en organisatiestructuur;
- Een eerdere beslissing van 27 juni 2018 van de Gemeenteraad en Raad van Bestuur AGB tot wederzijdse vestiging van een (her)-opneembaar krediet, verrekend in R/C werd structureel doorgetrokken op organisatorisch vlak;
- In kader van het Decreet Lokaal Bestuur werden er aanpassingen doorgevoerd op vlak van meerjarenplan, budget, boekhouding, jaarrekening en de uitgavencyclus;
- Afspraken op vlak van projectorganisatie en functioneel gezag/ hiërarchische verantwoordelijkheid. De bouw van de theaterzaal, de Zeepziederij, leerde ons dat een duidelijkere projectmethodologie moet worden toegepast om projecten op optimale manier uit te werken.
Projectmatig werken houdt in dat vooraf omschreven wordt wat tegen wanneer zal gerealiseerd worden, dat er duidelijke afspraken gemaakt worden over de verantwoordelijkheden en dat de voortgang van het project bewaakt wordt zodat kan bijgestuurd worden waar nodig.
Gezien het DLB de inhoudelijke invulling overlaat aan de besturen, zal er hieronder ingegaan worden op:
1. AGB Bree: activiteiten vandaag
2. evaluatie criteria tot verzelfstandiging
3. evaluatie fiscaal kader
4. evaluatie op financieel vlak
5. evaluatie op vlak van organisatiebeheersing
6. slotevaluatie van de uitvoering van de beheersovereenkomst
1. AGB Bree: activiteiten op vandaag
Het Autonoom Gemeentebedrijf Bree, ook wel het AGB Bree genoemd, werd opgericht op 7 juli 2004 en is ingeschreven in de Kruispuntbank der Ondernemingen onder het nummer 0871.439.585, met maatschappelijke zetel te Witte Torenwal 23, 3960 Bree.
Het Autonoom Gemeentebedrijf Bree is 100% een dochtervennootschap van de stad Bree.
AANPASSINGEN VAN DE STATUTEN TIJDENS AFGELOPEN LEGISLATUUR
- De gemeenteraad keurde op 7/10/2019 een wijziging van de statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf goed.
De wijzigingen of aanpassingen werden immers voorgesteld gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur ( DLB ) dat op 1 januari 2019 in werking is getreden en de wijziging inhoudt van een aantal principes vervat in het voorheen toepasselijke Gemeentedecreet doch ook met het oog op de geruisloze fusie met NV De Augustijner.
Wat betreft autonome gemeentebedrijven, voorziet het DLB werkingsregels en een aantal elementen die ten minste opgenomen moeten worden in de statuten van het autonoom gemeentebedrijf. Volgens de memorie van toelichting (voortgaand op de eerdere memorie van toelichting van het Gemeentedecreet) worden nadere werkingsregels door de oprichtende gemeente geregeld in de statuten.
Artikel 240, §5 DLB bevestigt uitdrukkelijk dat autonome gemeentebedrijven participaties kunnen aanhouden in andere rechtspersonen, maar voorziet geen nadere regels voor een reorganisatie van dergelijke participaties.
Daarom werd in artikel 7, §2 van de nieuwe statuten van het AGB Bree voorzien in een bevestiging dat het AGB Bree een geruisloze fusie kan doorvoeren.
Om te verduidelijken dat hiervoor beroep gedaan wordt op de vennootschapsrechtelijke procedure, werd het betreffende artikel nog aangevuld met een bijkomende alinea waarin verwezen wordt naar de bepalingen uit het Wetboek van Vennootschappen. Naar analogie met de bepalingen van het DLB voor intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, werd daarbij specifiek verwezen naar de bepalingen uit het Wetboek van Vennootschappen die gelden voor de coöperatieve vennootschappen met beperkte aansprakelijkheid (cvba).
- Op 12/04/2021 keurde de gemeenteraad een bijkomende wijziging van de statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf goed.
De stad Bree wenste een bedrag van één miljoen euro in te brengen in het kapitaal van het bedrijf, hierdoor werd het kapitaal verhoogd van 1.824.672,46 EUR naar 2.824.672,46 EUR.
De raad van bestuur van AGB Bree had d.d. 01/03/2021 de kapitaalsinbreng positief geadviseerd.
Deze kapitaalsverhoging bood een antwoord op de liquiditeitsproblemen die tot stand kwamen door de discrepantie tussen het economisch rendement en de aflossingstermijnen van de aangegane leningen.
Het toenmalige artikel 6 van de statuten werd gewijzigd als volgt:
“Het geplaatste maatschappelijke en statutaire kapitaal van het bedrijf bedraagt 2.824.672,46 EUR.
Behoudens in het kader van een ontbinding van het bedrijf kan het kapitaal noch geheel noch gedeeltelijk, op welke wijze dan ook, worden vervreemd, uitgekeerd of overgedragen.
Een vermindering van het kapitaal is enkel mogelijk om exploitatieverliezen, minderwaarden of (duurzame) waardeverminderingen te compenseren.”
HET MAATSCHAPPELIJK DOEL
Het AGB Bree wordt belast met welbepaalde beleidsuitvoerende taken van gemeentelijk belang, die zij uitvoert in het kader en binnen de grenzen die worden bepaald in de beheersovereenkomst.
Het Autonoom Gemeentebedrijf Bree, heeft tot doel:
a) de exploitatie van parkeergelegenheden,
b) het verwerven van gronden en het verwerven of oprichten van onroerende goederen met het doel ze gebruiksklaar te maken, te renoveren en te verkopen met het oog op de verfraaiing van de stad en ter versterking van het economisch en sociaal gebeuren.
c) Het beheer en eventueel de uitbating van door het stadsbestuur met dat doel ingebracht patrimonium.
d) de exploitatie van infrastructuren bestemd voor culturele en sportieve activiteiten en de organisatie van intramurale en extramurale culturele en sportieve activiteiten.
Op heden is het AGB voornamelijk exploitant van parkeergelegenheden en vrijetijdsinfrastructuur.
Het AGB werd door de Stad belast met de exploitatie, het verbeteren en het onderhouden en in voorkomend geval het oprichten van culturele of sportinfrastructuur:
- Cultuurhuis de Zeepziederij, 3960 Bree te Malta 11
- Sporthal Olympia, Sportlaan 6, 3960 Bree
- Sporthal Itterdal, Opitterkiezel 240, Bree- Opitter
- Zwembad de Sprink, Sportlaan 4, 3960 Bree
Het Autonoom Gemeentebedrijf werd tevens belast met stadsontwikkeling en patrimoniumbeheer.
Artikel 2 van de beheersovereenkomst dient te worden aangepast zodat de opdracht van het bedrijf in overeenstemming wordt gebracht met voormelde opsomming.
Momenteel wordt in voormeld kader het Project De Weeg, nl. een complex met sporthal, zwembad en woontoren uitgewerkt. Het AGB Bree heeft (samen met de stad en het OCMW Bree) daartoe een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met de scholengroep KOSM en WiL.
Naast de exploitatie van de bovenstaande vrijetijdsinfrastructuur, was het AGB actief inzake de ontwikkeling van bedrijventerreinen (bouwrijp maken en verkoop):
Overzicht verkopen niet-watergebonden zone IKN afgelopen legislatuur:
- 2019 : Totaal 5ha 69a € 1.804.752,74
- 2020: Totaal 50a € 175.000,00
- 2022: Totaal 11a 85ca € 41.475,00
Op 21 september 2022 werd de verkoopakte verleden m.b.t. de verkoop van de watergebonden zone, met een oppervlakte van 5h 35a 29ca (gedeelte AGB) van aan APK Logistiek Bree werd gerealiseerd en dit ten bedrage van € 1.456.070,- (gedeelte AGB).
Hiermee werden in feite alle verkoopbare percelen op het industrieterrein Kanaal-Noord verkocht. Er blijven enkel wat restperceeltjes over.
In een normale werking zal het AGB Bree enkel winstgevend zijn als gevolg van de toekenning van prijssubsidies door de Stad Bree aan het AGB Bree voor de exploitatie van de vrijetijdsinfrastructuur. De situatie van een autonoom gemeentebedrijf, als publiekrechtelijk extern verzelfstandigd agentschap van de stad, is als bijzonder aan te merken en moeilijk vergelijkbaar met de situatie van een klassiek privaatrechtelijk economisch subject.
Het autonoom gemeentebedrijf Bree is tevens onderworpen aan de vennootschapsbelasting, zodoende elk jaar een aangifte in de vennootschapsbelasting moet worden ingediend.
Tot slot is het AGB Bree ook meerderheidsaandeelhouder in de NV De Augustijner (BE0472.267.363). Deze NV is opgeslorpt door het AGB sinds 25 oktober 2019.
2. Evaluatie criteria tot verzelfstandiging
Zoals voorzien in artikel 231 DLB, diende een afweging te worden gemaakt van de voor- en nadelen van externe verzelfstandiging met inbegrip van de motivering dat beheer binnen de rechtspersoonlijkheid van de gemeente niet dezelfde voordelen kan bieden.
Vandaag blijkt dat er nog steeds belangrijke motieven aanwezig zijn om de verzelfstandiging te behouden.
Democratische controle en inspraak
Een van de belangrijkste aandachtspunten bij externe verzelfstandiging is het behoud van democratische controle en inspraak op de verzelfstandigde gemeentelijke diensten. Het behoud van democratische controle wordt gewaarborgd door de wijze waarop de raad van bestuur wordt samengesteld, door de bevoegdheden die bij de gemeenteraad blijven en door de beheersovereenkomst die tussen het bestuur en het bedrijf moet worden gesloten. Alle leden van de gemeenteraad maken immers deel uit van de raad van bestuur.
Financiële werking
In de beheersovereenkomst wordt in het hoofdstuk II – Beleids- en beheerscyclus in meerdere artikelen nog voorzien in een regeling “ tot en met 31 december 2019” en een regeling “vanaf 1 januari 2020”.
Het betrof dan voornamelijk verschillen omwille van de voorziene inwerkingtreding van het Decreet over het Lokaal Bestuur vanaf 01 januari 2020.
Logischerwijze kunnen de bepalingen onder de titels “ tot en met 31 december 2019” worden geschrapt uit de beheersovereenkomst. De werkwijze zoals voorzien onder de titels “vanaf 01 januari 2020” worden wel behouden.
Cultuurpactwetgeving en sectorale wetgeving
Uit eerder onderzoek is gebleken dat het aangewezen was om de infrastructuur en exploitatie m.b.t. vrije tijd waaronder o.a. de exploitatie van het zwembad, de sporthal en culthuurhuis de Zeepziederij te verzelfstandigen in het autonoom gemeentebedrijf.
Het project De Weeg, nl. een complex met sporthal, zwembad en woontoren, wordt tevens door het Autonoom Gemeentebedrijf uitgewerkt en dit in samenwerking met de stad, WiL en de scholengroep.
Externe verzelfstandiging hoeft niet te leiden tot een beperktere betrokkenheid bij het beheer van de vrijetijdsinfrastructuur. Artikel 9 van de Wet van 16 juli 1973 en het Decreet van 28 januari 1974 waarbij de bescherming van de ideologische en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt, bepaalt dat culturele infrastructuren, opgericht of ressorterend onder de overheid beheerd moeten worden door een beheersorgaan:
“Voor de culturele infrastructuren, instellingen en diensten opgericht door of ressorterend onder de overheid moet, met toepassing van de bepalingen van artikel 17, in de samenstelling van hun beheers- of bestuursorgaan, één van de drie volgende vormen van vertegenwoordiging worden aangenomen:
a) de evenredige vertegenwoordiging van de politieke strekkingen die bestaan in de betrokken overheid of overheden. In dat geval wordt het beheers- of bestuursorgaan bijgestaan door een vaste commissie van advies, waarin alle vertegenwoordigende verenigingen van de gebruikers en alle filosofische en ideologische strekkingen opgenomen zijn; deze commissie van advies heeft recht op een volledige voorlichting over de handelingen van het beheers- of bestuursorgaan;
b) de vereniging van afgevaardigden van de betrokken overheid of overheden met de vertegenwoordigers van de gebruikers en van de strekkingen. In dat geval moeten de regels inzake vertegenwoordiging het beginsel van de evenredige vertegenwoordiging in acht nemen wat de afgevaardigden van de overheden betreft, en de bepalingen van artikel 3 van deze wet wat de gebruikers en de strekkingen betreft;
c) de zelfstandige vereniging van specialisten of gebruikers, al dan niet voorzien van een rechtsstatuut, waaraan de betrokken overheid het beheer opdraagt. In dat geval zijn de bepalingen van de artikelen 3 en 6 van deze wet van toepassing.”
Voor de samenstelling van de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf wordt bovenstaande optie a, met een evenredige vertegenwoordiging van de politieke strekkingen in de raad van bestuur gehanteerd. Voor de komende legislatuur zal het directiecomité worden gevormd door de leden van het college van burgemeester en schepenen.
Het autonoom gemeentebedrijf kan geadviseerd worden door een vaste commissie van advies. Thans vullen de diverse adviesraden van de stad deze rol in. De relatie tussen het autonoom gemeentebedrijf en de vaste commissie van advies kan in de beheersovereenkomst verder worden verfijnd.
Kerntaken
Het stadsbestuur kan zich door de verzelfstandiging van de exploitatie van vrijetijds-infrastructuren beter terugplooien op haar kerntaken, met name het verlenen van een excellente dienstverlening aan de bevolking en beleidsvoering (visievorming, sturen op hoofdlijnen). De exploitatie zelf van vrijetijdsinfrastructuur is geen kerntaak van het bestuur. Het voeren van een degelijk vrijetijdsbeleid is daarentegen wel een kerntaak van het stadsbestuur.
De aansturing door het stadsbestuur gebeurt door middel van de beheersovereenkomst, waarbij de Stad te allen tijde de regisseur van het gebeuren blijft. Zoals hierboven vermeld worden de beslissingsorganen van het AGB en de stad maximaal op elkaar afgestemd.
1) Specialisatie – focus op vrije tijd
De verzelfstandiging van de exploitatie van vrijetijdsinfrastructuur in een autonoom gemeentebedrijf laat toe dat gemakkelijker deskundigen kunnen worden betrokken bij het effectieve bestuur, binnen zowel raad van bestuur als directiecomité. De specialisatie verhoogt ook de betrokkenheid van de bestuurders.
Daarnaast beschikt het autonoom gemeentebedrijf over een afzonderlijk meerjarenplan, hetgeen een meerwaarde biedt doordat bijvoorbeeld fondsvorming door reserveopbouw (na gedeeltelijke uitkering aan de stad) mogelijk is.
Het afgescheiden meerjarenplan heeft daarnaast tot gevolg dat de kostprijs van de geleverde diensten duidelijk wordt. Deze scherpstelling laat het bedrijf toe om te streven naar een resultaat break-even of beter. Zo kan de meer bedrijfsmatige aanpak toelaten dat bijvoorbeeld met andere partners wordt samengewerkt.
2) Scheiding regisseur – actor
In het Vlaamse regeerakkoord 2014-2019 wordt op diverse plaatsen aandacht geschonken aan het onderscheid tussen de regisseursrol van de stad en de rol als actor. Op diverse beleidsdomeinen is een stad zowel regisseur als actor. Dit kan bij andere actoren in dezelfde sector voor frustraties leiden vermits de stad in bepaalde mate zowel rechter als partij is.
De verzelfstandiging van de vrijetijdsinfrastructuur zorgt ervoor dat het AGB kan optreden als actor, terwijl de stad regisseur blijft.
De vrijetijdsinfrastructuur is vandaag binnen Bree op een substantiële schaal uitgebouwd, hetgeen een afzonderlijk beheer, in een afzonderlijke structuur naast het beleid, verantwoordt.
De opsplitsing tussen de regiefunctie en de actorfunctie of tussen de beleidsfunctie en de beheersfunctie is een trend die zich in andere sectoren reeds vroeger heeft voorgedaan.
In de welzijnssector waren de OCMW-ziekenhuizen de eerste voorzieningen die door middel van schaalvergroting en verzelfstandiging verder konden professionaliseren.
Maar ook in de vrijetijdssector wordt in Vlaanderen reeds enkele jaren getracht om door middel van verzelfstandiging en schaalvergroting een efficiënter, effectiever en professioneler beheer mogelijk te maken. In het licht hiervan kiezen sommige besturen voor PPS, andere voor intergemeentelijke samenwerking of externe verzelfstandiging, maar allen met hetzelfde doel voor ogen.
3) Identiteit
De verzelfstandiging binnen een autonoom gemeentebedrijf maakt het mogelijk om de vrijetijdsinfrastructuur een eigen identiteit te geven en nog sterker op de kaart te zetten.
Doordat de exploitatie van de vrijetijdsinfrastructuur is verzelfstandigd, kan ook geopteerd worden voor een afzonderlijk communicatiebeleid en marketing, waardoor het aanbod beter in de markt wordt geplaatst.
Deze identiteit is ook belangrijk in het licht van de bovengemeentelijke uitstraling van de vrijetijdsinfrastructuur, teneinde de bovengemeentelijke deelname en betrokkenheid te blijven ondersteunen.
4) Samenwerking met derden
De figuur van het autonoom gemeentebedrijf laat participaties toe in andere rechtspersonen, hetgeen de samenwerking op termijn met derden kan vergemakkelijken.
Artikel 240, §5 van het Decreet over het lokaal bestuur laat toe dat het autonoom gemeentebedrijf andere rechtspersonen kan oprichten, erin kan deelnemen of zich erin kan laten vertegenwoordigen, voor zover dat past in zijn opdrachten. De oprichting, deelname of vertegenwoordiging mag geen speculatieve oogmerken nastreven en gebeurt in overeenstemming met het gelijkheidsbeginsel, de regelgeving inzake mededinging en staatssteun en de voorwaarden, bepaald in de beheersovereenkomst. De beslissing tot oprichting, deelname of vertegenwoordiging toont aan dat aan de voormelde voorwaarden is voldaan. De deelname is onderworpen aan de voorwaarde dat aan het autonoom gemeentebedrijf minstens een mandaat van bestuurder wordt toegekend.
De stad beschikt niet over dergelijke participatiemogelijkheden. Het autonoom gemeentebedrijf is derhalve duidelijk voordeliger dan de stad wat betreft participaties en samenwerking.
3. Evaluatie fiscaal kader
Sinds de oprichting is het fiscale kader waarbinnen het AGB operationeel grondig geëvolueerd alsook de wijze van financiering aangepast
Het is zo dat exploitatie - AGB’s voor sport, cultuur, … buiten de uitzondering van art. 44 (vrijstellingen) vallen wanneer er voldaan wordt aan het winst-(uitkerings-)oogmerk. Desgevallend worden deze exploitatie - AGB’s BTW - plichtige met (al dan niet volledig) recht op aftrek. Het winstoogmerk op zich wordt echter niet voldoende gestaafd enkel door een statutaire bepaling, maar zal ook moeten blijken uit de effectief gerealiseerde boekhoudkundige resultaten. Als er systematisch tekorten voorkomen in hoofde van het AGB kan een probleem optreden en kan de vrijstelling van art. 44 alsnog worden ingeroepen.
De beslissing BTW nr. E.T.129.288 (d.d. 19/01/2016) heeft als gevolg gehad dat de financiering van vele autonome gemeentebedrijven (AGB) grondig moest worden herzien. Omdat in vele AGB’s de exploitatieontvangsten doorgaans ontoereikend zijn om de exploitatiekosten te dekken, zal de stad moeten tussenkomen in de werking om het winstoogmerk te realiseren. Tot boekjaar 2015 kon dit bij wijze van een ’specifieke werkingssubsidie’ die bepaalde specifieke uitgaven van het AGB dekte (bv. de personeelsuitgaven of de energiekosten). Met ingang van 1 januari 2016 is het zo dat de gemeentelijke werkingssubsidies niet langer aanvaard worden door de fiscus voor de beoordeling van het winstoogmerk: er moet een rechtstreeks verband bestaan tussen de prijs en de subsidie die de stad betaalt om een welbepaald goed te leveren of een welbepaalde dienst te verrichten, en dat is niet het geval bij een specifieke werkingssubsidie.
Ook de (verrekening van de) investerings- en kapitaalsubsidies die door een stad worden toegekend aan een AGB mogen vanaf 1 januari 2016 evenmin bij de ontvangsten worden geteld voor de bepaling van het winstoogmerk.
Ook wat betreft de circulaire E.T. 129.288 (d.d. 19/01/2016) heeft het AGB Bree zich onmiddellijk in regel gesteld.
Anticiperend op de Beslissing BTW nr. E.T.129.288 van 19 januari 2016 waarin de fiscus
het standpunt inneemt dat vanaf 2016 enkel met prijssubsidies kan worden gewerkt in het
kader van het winstoogmerk van het AGB en dat het om economisch leefbaar te zijn, is het
nodig dat het Autonoom Gemeentebedrijf Bree vanwege de Stad Bree prijssubsidies ontvangt
als vergoeding voor het recht van toegang tot de sportinfrastructuur en de eigen culturele
programmatie te Bree.
Het AGB zal blijven werken met prijssubsidies en een prijssubsidie coëfficiënt berekenen, verwijzend naar de gemeenteraadsbeslissing en de beslissing van RvB van AGB van 1 juni 2015 m.b.t. de beheerovereenkomst hoofdstuk VI Financiering.
De tariefbepaling gebeurt door het AGB voor de toegang en het gebruik op zodanige wijze dat de ontvangsten de kosten overtreffen zodat de vrijstelling van btw ingevolge artikel 44 §2,3 nr 9° btw-wetboek niet van toepassing is wat impliceert dat het AGB haar geraamde kostenstructuur bepaalt; de door het bedrijf na te streven omzet wordt bepaald door de kostenstructuur te verhogen met de marge die de opbouw van reserves en/of de uitkering van een dividend aan de Stad moet mogelijk maken;
De waarde van de prijssubsidie toegekend door de stad Bree bedraagt de prijs (inclusief btw) die de bezoeker voor recht op toegang tot sport en cultuur betaalt vermenigvuldigd met een bepaalde factor. Dit is een indicatief cijfer en kan in de loop van het jaar steeds bijgesteld worden in het kader van een periodieke evaluatie van de exploitatieresultaten.
4. Evaluatie op financieel vlak
Onder deze rubriek wordt er een raming gemaakt van de besparingen, alsook van de extra lasten, verbonden aan de exploitatie van het AGB in vergelijking met een gelijkaardige exploitatie binnen de stad.
Het rechtstreekse gecumuleerde voordeel op 30/09/2024 (BTW-aangifte kwartaal 4 nog niet verwerkt) kan geraamd worden op € 1.222.003,72. De berekening is als volgt samengesteld:
Gecumuleerd economisch voordeel van periode 01/01/2019 tot 30/09/2024 |
|
BTW-impact |
|
Vanuit de aangiften |
420.680,64 euro |
Als BTW-medecontractant en Intracommunautair |
908.132,17 euro |
Totaal BTW-voordeel |
1.328.812,81 euro |
|
|
Meerkosten verbonden aan het AGB |
|
Erelonen en vergoedingen financiële expertise (Q&A,…) |
55.833,99 euro |
Presentiegelden (incl. RSVZ) |
50.975,10 euro |
Totaal meerkosten verbonden aan het AGB |
106.809,09 euro |
|
|
Gecumuleerd voordeel (netto BTW-voordeel) |
1.222.003,72 euro |
Binnen deze berekening werd er rekening gehouden met volgende elementen:
- Het BTW-voordeel, met name het verschil tussen de afgetrokken en de verschuldigde BTW zoals effectief blijkt uit de ingediende aangiften voor de periode 01/01/2019 – 30/09/2024.
- Als BTW-plichtige wordt de BTW medecontractant en Intracommunautair verlegd wat uiteraard een belangrijk voordeel betekent.
- Er zijn natuurlijk ook meerkosten binnen het AGB verbonden aan de exploitatie van een AGB zoals begeleiding door experten op fiscaal en boekhoudkundig vlak. Daarnaast is er ook de presentiegelden van de leden van het directiecomité.
Aangezien we de komende jaren binnen het AGB ook de bouw van de nieuwe sporthal en het nieuwe zwembad gaan bewerkstelligen, is het eventueel stopzetten van de activiteiten als BTW-plichtige de komende jaren niet aan de orde. In het geval van een stopzetting zouden er herzieningen dienen te gebeuren van de gerecupereerde BTW: met andere woorden er dient een gedeelte van de afgetrokken BTW terugbetaald te worden.
Het principe dat we binnen AGB’s willen toepassen voor de financiering van investeringsuitgaven is dat er steeds gewerkt wordt met een doorgeeflening vanuit de stad aan het AGB ter financiering van de investeringsuitgaven:
Wanneer het AGB extern (bij de bank) zou gaan heeft dit als gevolg:
Stel dat het AGB (een deel van) de verkopen zou gebruiken ter financiering van haar eigen investeringen, zien we volgende effecten:
=> maw drukt deze financieringswijze per saldo op de stadsbudgetten gedurende 20 jr
=> maw drukt deze financieringswijze op de stadsbudgetten gedurende 30 jr.
5. Evaluatie op vlak van organisatiebeheersing
- Sinds vorige legislatuur werd het gebruik van het e-notulensysteem geïntroduceerd binnen het AGB Bree.
Zowel de beslissingen van het directiecomité als die van de raad van bestuur werden op die manier gedigitaliseerd en op een transparantere wijze voorbereid en besloten.
De besluitenlijst van de raad van bestuur (met samenvattingen) wordt bovendien sinds 2019 tevens gepubliceerd op de website van Bree en zijn dus raadpleegbaar voor iedereen.
Het invoeren van het e-notulensysteem kwam zeker ten goede van de organisatiebeheersing binnen het AGB Bree.
- Tijdens de vorige legislatuur was het directiecomité samengesteld uit verscheidene leden van de gemeenteraad van de stad Bree.
Het directiecomité kan haar bevoegdheden verder delegeren naar individuele leden van het directiecomité en individuele personeelsleden van het AGB of van de stad.
Wat betreft de taken van het directiecomité is gebleken dat deze naar behoren werden uitgevoerd. De frequentie van het vergaderen ( één maal per maand) en de samenstelling van het directiecomité lijken gelet op de grote projecten die momenteel door het Autonoom Gemeentebedrijf worden uitgewerkt, bijvoorbeeld de ontwikkeling van De Weeg, en gelet op de hieruit voorkomende noodzaak om de synergie m.b.t. financieel beheer en management tussen de stedelijke organisatie en administratie enerzijds en het AGB anderzijds bijkomend te versterken, best te worden gewijzigd.
Conform de regeling voorzien in artikel 26 van de statuten van het AGB, werd door de Raad van Bestuur op 19 december 2024 beslist dat de leden van het college van burgemeester en schepenen van de stad Bree worden aangesteld als leden van het directiecomité van het Autonoom Gemeentebedrijf Bree.
De algemeen directeur van de stad en het OCMW Bree werd aangeduid om vanaf 01/03/2025 als secretaris van het AGB op te treden.
Deze wijzigingen zullen tevens ten goede van de organisatiebeheersing komen.
- Artikel 234 DLB bepaalt dat zolang het autonoom gemeentebedrijf geen eigen regels heeft vastgesteld voor het aangaan van verbintenissen, de kredietbewaking, de wetmatigheidscontrole of de ondertekening van de girale betalingsorders, artikel 266, 267, 269 en 272, §1, tweede en derde lid, DLB van toepassing zijn op het autonoom gemeentebedrijf. In dat geval zijn bovendien artikel 265, 268 en 272, §1, eerste lid, en §2, eerste lid, DLB van toepassing op het autonoom gemeentebedrijf.
In de beheersovereenkomst tussen de stad en het AGB Bree worden eigen regels voorzien voor het aangaan van verbintenissen, de kredietbewaking, de wetmatigheidscontrole of de ondertekening van de girale betalingsorders zodat de terugval- of standaardregeling, zoals deze geldt voor de stad, niet van toepassing is op het bedrijf.
Wat betreft de uitgavenprocedure, wordt een grondige update voorbereid door de financiële dienst. Deze zal tevens worden geïncorporeerd binnen het AGB Bree.
Doordat de werknemers slechts 1 procedure dienen te volgen, zal dit de organisatiebeheersing ten goede komen. Het risico dat men een foute werkwijze kiest ( stad dan wel AGB) wordt namelijk uitgesloten.
6. Slotevaluatie van de uitvoering van de beheersovereenkomst en de verzelfstandiging
Uit deze evaluatie besluit de raad van bestuur dat de verzelfstandiging onder vorm van een autonoom gemeentebedrijf best wordt verdergezet in de legislatuur 2025-2030.
De gewenste aanpassingen aan de beheersovereenkomst zoals hierboven werden vermeld, zullen ter goedkeuring worden gelegd in een volgende raad van bestuur en gemeenteraad.
Artikel 1 De gemeenteraad keurt het voorstel van evaluatieverslag 2019-2024, dat integraal deel uitmaakt van dit besluit, goed.
Artikel 2 De bepalingen van Deel 2, Titel 7 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
De gemeenteraad geeft toelating aan de bv “JOSCHE” om lot 1 met een oppervlakte van 16 ca gelegen Industrieterrein Vostert te verkopen aan de BVBA Auto Blinkt.
De gemeenteraad;
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op de e-mail d.d. 17 december 2024 vanwege notariskantoor Coemans-Colaers, Hoogstraat 62 B, 3670 Oudsbergen betreffende de vraag tot goedkeuring van de voorgenomen doorverkoop door naamloze vennootschap Josche met zetel te 3960 Bree, Kluitshofweg 10 met ondernemingsnummer BE 0836.074.870, van een perceel industriegrond, gekend als LOT 1, met een oppervlakte volgens het globaal opmetingsplan van 16ca aan de besloten vennootschap Auto Blinkt, met zetel te 3960 Bree, Wijshagerstraat 31, ondernemingsnummer BE0639.786.858.
STAD BREE- tweede afdeling - Gerdingen
Een perceel nijverheidsgrond, gelegen IND.TERREIN VOSTERT, gekend volgens titels als sectie B, deel van nummer 650/A/2 P0000, thans gekend volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als sectie B, deel van nummer 650/F/2 P0000.
Overwegende dat op 4 december 2019 de stad Bree reeds akkoord was gegaan met de verdeling van voormeld perceel;
Overwegende dat op de gemeenteraad van 17 februari 2020 eveneens toelating werd gegeven tot vervreemding van voormeld perceel, dit naar aanleiding van nagenoemde bijzondere voorwaarden opgenomen in een akte van verkoop aan de vennootschap Euro Thermo verleden voor notaris Marc Fransman op 25 juni 1965:
“VOORWAARDEN
…
3. – De gemeente-verkoopster zal op eigen kosten zorgen voor het aanleggen van een gepaste waterleiding, elektriciteitsleiding, riolering en de weg tot aan de grens van het terrein. De gemeente zal zich ook gelasten met het bouwrijp maken van het terrein.
4. – Zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van de gemeente-verkoopster zal de vennootschap-koopster het bij deze gekochte niet aan derden mogen vervreemden, verhuren of anderszins in gebruik geven.
5. – Indien de vennootschap-koopster de bouw der opstallen niet binnen een tijdsbestek van twaalf maanden, na de goedkeuring door de bestendige deputatie dezer, zal hebben aangevat, is de gemeente-verkoopster, zolang de bouwwerkzaamheden nog niet zijn begonnen gerechtigd tot terugkoop van het bij deze verkochte, tegen maximum de huidige verkoopprijs, vermeerderd met de kosten van de eerste overdracht. Ingeval de gemeente-verkoopster van haar recht tot terugkoop gebruik wenst te maken, geeft zij daarvan kennis aan de vennootschap-koopster bij middel van een aangetekend schrijven. De kosten van overdracht aan de gemeente-verkoopster vallen ten laste van de vennootschap-koopster.
6. – De aangrenzende weg moet op zijn wettelijke breedte en diepte behouden blijven.
7. – Bij verbreding van de aangrenzende weg moet de vennootschap-koopster de daartoe nodige grond afstaan tegen maximum de huidige verkoopprijs, gebeurlijk aangepast aan de officieel aangenomen prijsschommelingen.
8. – De vennootschap-koopster is gehouden alle overheidsbeschikkingen en wetsbepalingen betrekkelijk buurtwegen en urbanisatie na te komen.”
Overwegende dat de verkoop van voormeld lot 1 toen echter niet heeft plaatsgevonden;
Overwegende dat voormeld lot 1, nadat de voorgenomen verkoop door Josche BV aan Auto Blinkt BV wordt afgerond, gevoegd zal worden bij het naastliggend perceel tevens in eigendom van Auto Blinkt NV, gekend onder nummer 650/E/2 P0000;
Art. 1: Aan de besloten vennootschap “JOSCHE”, met zetel 3960 Bree, Kluitshofweg 10, ondernemingsnummer BE0836.074.870 wordt de toelating verleend om volgend perceel te verkopen aan de BVBA Auto Blinkt, Wijshagerstraat 31 te 3960 Bree, ondernemingsnummer BE0639.786.858:
- lot 1 heeft een oppervlakte van 16 centiare en maakt deel uit van:
STAD BREE- tweede afdeling - Gerdingen
Een perceel nijverheidsgrond, gelegen IND.TERREIN VOSTERT, gekend volgens titels als sectie B, deel van nummer 650/A/2 P0000, thans gekend volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als sectie B, deel van nummer 650/F/2 P0000.
Art. 2: De betrokken voorwaarden zoals vermeld in voorgaande notariële akten met betrekking tot dit perceel, dienen overgenomen te worden in de nieuwe akte van verkoop.
Art. 3: Dit besluit over te maken aan de geassocieerde notarissen Coemans en Colaers, Hoogstraat 62b, 3670 Oudsbergen.
Art. 4: De bepalingen van Deel 2, Titel 7 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Het erfpachtrecht d.d. 18 september 2003, toegekend aan VZW Katholiek basisonderwijs Tongerlo-Bree met zetel te Bree, Bosstraat 27, met een duur van 40 jaar vanaf 1 januari 2004 wordt verlengd tot 1 januari 2080 (1 januari twee duizend tachtig)
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op de erfpachtakte d.d. 18 september 2003 verleden voor het ambt van burgemeester Jaak Gabriels navolgend het gemeenteraadsbesluit d.d. 27/08/2003, toegekend aan VZW Katholiek basisonderwijs Tongerlo-Bree met zetel te Bree, Bosstraat 27, met een duur van 40 jaar
Gelet op het voorwerp van dit erfpachtrecht: een schoolgebouw op en met grond en aanhorigheden gelegen ter plaatse Bosstraat, bekend ten kadaster sectie A nr. 106B, 37a00ca groot;
Gelet op de e-mail d.d. 26 november 2024 van Dominique Vandersteegen met het verzoek, namens het schoolbestuur, om de erfpachtduur te verlengen aangezien de renovatie van de school met AGION-subsidies zal gebeuren waarvoor AGION een zakelijk recht van minimum 50 jaar ten behoeve van de subsidieverkrijger, het schoolbestuur, eist;
Overwegende dat het algemeen belang deze vraag rechtvaardigt;
Art. 1: Het erfpachtrecht d.d. 18 september 2003, toegekend aan VZW Katholiek basisonderwijs Tongerlo-Bree met zetel te Bree, Bosstraat 27, met een duur van 40 jaar vanaf 1 januari 2004 wordt verlengd tot 1 januari 2080 (1 januari twee duizend tachtig);
Art. 2: Het betreft een zakelijk recht met betrekking tot een schoolgebouw op en met grond en aanhorigheden gelegen ter plaatse Bosstraat, Bree, de andere voorwaarden van de erfpachtakte d.d. 18 september 2003 blijven ongewijzigd van kracht;
Art. 3: De bepalingen van Deel 2 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Er wordt definitief goedkeuring verleend aan de onderhandse verkoop van een deel van een perceel aan Fluvius, zoals weergegeven op de plannen aldus opgemeten en in plan gebracht door Marc Hennau, landmeter-expert, op 27/11/2024 tegen de in het schattingsverslag vermelde bedragen en overeenkomstig de bepalingen zoals voorzien in het voorstel tot verkoopovereenkomst.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op het schrijven vanwege Fluvius d.d. 28 november 2024 met vraag tot goedkeuring van het ontwerp tot verkoopovereenkomst, het schattingsverslag en het bijhorend inplantingsplan met betrekking tot het hieronder vermeld perceel, gelegen te Muizendijkstraat t.h.v. nr. 78;
Overwegende dat het over het volgende perceel met vermelde oppervlakte volgens inplantingsplan gaat:
- Een perceel grond met een oppervlakte van 33 m², gelegen te Bree langs de Muizendijkstraat t.h.v. nr. 78
gekend ten kadaster Bree, 2e afdeling, sectie B, deel perceelnummer 770C;
Overwegende dat er m.b.t. dit perceel een schattingsverslag werd opgemaakt door Marc Hennau, landmeter-expert, op 27/11/2024, waarvan de raming ad. € 180,- kan worden goedgekeurd;
Overwegende dat de aankoop gebeurt met het oog op het plaatsen van een distributiecabine voor elektriciteit;
Dat de aanvraag tot omgevingsvergunning met nr. OMV_2024139527 lopende is;
Dat de koop betrekking heeft op een zeer kleine perceeltje waaruit derden geen nut zouden kunnen halen;
Dat de verkoop van het perceeltje dan ook onderhands kan gebeuren en de bijgevoegde verkoopsovereenkomst meteen definitief kan worden goedgekeurd;
Art. 1 : Onder de in dit besluit vastgestelde voorwaarden wordt definitief goedkeuring verleend aan de onderhandse verkoop van een deel van het perceel Bree, Afd. 2, sie B nr. 770D, zoals weergegeven op het plan aldus opgemeten en in plan gebracht door Marc Hennau, landmeter-expert, op 27/11/2024.
Art. 2 : De verkoop gebeurt onderhands tegen de prijs van € 180,- te vermeerderen met de kosten voor de bodemattesten, registratierechten, overschrijvingskosten en eventuele andere vaste kosten, die tevens door de koper dienen te worden betaald.
Art. 3 : De verkoop gebeurt onder de verkoopsvoorwaarden zoals opgenomen in het voorstel tot verkoopovereenkomst, die wordt goedgekeurd en die integraal deel zal uitmaken van dit besluit.
Art. 4 : De koper is verplicht de integrale verkoopprijs, inclusief alle andere kosten voortvloeiende uit de verkoop (registratierechten, overschrijvingskosten, vaste aktekosten....) tijdig digitaal over te maken aan de betrokken notaris waarna bij het afsluiten van de authentieke akte de stedelijke financieel beheerder hiervan kwijting kan geven.
Art. 5 : Deze beslissing wordt overgemaakt aan de opdrachthoudende vereniging Fluvius Limburg, voorheen Inter-energa, waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te 3500 Hasselt, Trichterheideweg 8.
Art. 6 : De aangewezen burgemeester, de heer Sietse Wils en de algemeen directeur, de heer Stefan Goclon worden gemachtigd tot het ondertekenen van de authentieke akte.
Art. 7 : De bepalingen van Deel 2, Titel 7 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Goedkeuring wordt verleend aan het bestek en de raming voor de opdracht “Kuilenstraat: rioleringswerken UITVOERING (Deel Aquafin project 23.300)”, opgesteld door de ontwerper, Evolta Engineers NV, Havenlaan 86C bus 103a te 1000 Brussel. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 2.234.525,33 excl. btw of € 2.267.455,43 incl. btw ( 21% btw medecontractant op het aandeel van Stad Bree van € 156.810,00)
De gemeenteraad:
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, inzonderheid artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, inzonderheid artikel 36;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen;
Overwegende dat de ontwerpopdracht voor de opdracht “Kuilenstraat: rioleringswerken UITVOERING (Deel Aquafin project 23.300)” werd gegund aan Evolta Engineers NV, Havenlaan 86C bus 103a te 1000 Brussel;
Overwegende dat in het kader van deze opdracht een bestek met nr. 2022/000/TD/NG werd opgesteld door de ontwerper, Evolta Engineers NV, Havenlaan 86C bus 103a te 1000 Brussel;
Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 2.234.525,33 excl. btw of € 2.267.455,43 incl. btw (21% btw medecontractant op aandeel Bree);
Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure;
Overwegende dat een deel van de kostprijs betaald wordt door Aquafin, en dat dit deel wordt geraamd op € 2.077.715,33;
Overwegende dat een deel van de kostprijs betaald wordt door Stad Bree, Vrijthof 10 te 3960 Bree, en dat dit deel wordt geraamd op € 189.740,10;
Overwegende dat het een gezamenlijke opdracht betreft waarbij het aangewezen is dat Aquafin de procedure zal voeren en in naam van Stad Bree bij de gunning en de uitvoering van de opdracht zal optreden;
Overwegende dat een gedeelte van de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het investeringsbudget van 2025, op budgetcode 2240007/DOM 1/0200 (actie / raming AC000033/MJP000546);
Overwegende dat het voorziene krediet zal verhoogd worden bij de volgende budgetwijziging;
Art. 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bestek met nr. 2022/000/TD/NG en de raming voor de opdracht “Kuilenstraat: rioleringswerken UITVOERING (Deel Aquafin project 23.300)”, opgesteld door de ontwerper, Evolta Engineers NV, Havenlaan 86C bus 103a te 1000 Brussel. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 2.234.525,33 excl. btw of € 2.267.455,43 incl. btw ( 21% btw medecontractant op het aandeel van Stad Bree van € 156.810,00).
Art. 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.
Art. 3: Een bijdrage zal aangevraagd worden bij de derde betaler Aquafin.
Art. 4: Aquafin wordt gemandateerd om de procedure te voeren en in naam van Stad Bree bij de gunning en de uitvoering van de opdracht op te treden.
Art. 5: De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.
Art. 6: De uitgave voor deze opdracht is gedeeltelijk voorzien in het investeringsbudget van 2025, op budgetcode 2240007/DOM 1/0200 (actie / raming AC000033/MJP000546).
Art. 7: Het krediet zal verhoogd worden bij de volgende budgetwijziging
Art. 8: De bepalingen van Deel 2 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
De schepen met bevoegdheid mobiliteit is de politieke vertegenwoordiger van de gemeente in de Vervoerregioraad van de Vervoerregio Limburg.
De mobiliteitsambtenaar is de ambtelijke vertegenwoordiger van de gemeente in de Vervoerregio Limburg. De ambtelijke vertegenwoordiger is gemachtigd de vergaderingen van werkgroepen bij te wonen.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op het Decreet betreffende de basisbereikbaarheid van 26 april 2019;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2018 betreffende de indeling van het grondgebied van het Vlaamse Gewest in 15 vervoerregio’s en de afbakening van deze vervoerregio’s.
Het Decreet Basisbereikbaarheid omschrijft de werking van de 15 vervoerregio’s en legt de taken vast van de vervoerregioraad. Met de inrichting van vervoerregio’s, vervoerregioraden en regionale mobiliteitsplannen creëerde de Vlaamse overheid een kader voor steden en gemeenten waarbinnen ze kunnen samenwerken aan mobiliteitsuitdagingen. Bree is bij Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2018 ingedeeld in de Vervoerregio Limburg.
In de afgelopen legislatuur heeft de Vervoerregio Limburg een regionaal mobiliteitsplan opgesteld. Dat plan werd op 11 december 2023 goedgekeurd door de Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken. Het mobiliteitsplan speelt in op de huidige en toekomstige mobiliteitsuitdagingen van de regio, tekent het openbaar vervoersnetwerk uit, legt de link met het ruimtelijk beleid en stelt maatregelen voor de verbetering van de doorstroming, de verkeersveiligheid en het fietsbeleid voor.
Door de betrokkenheid bij de vervoerregiowerking is de gemeente integraal en rechtstreeks betrokken bij het uittekenen en uitwerken van het mobiliteitsbeleid voor de regio. Zo heeft de vervoerregioraad een belangrijke rol in de afstemming van de gelaagdheid van het openbaar vervoer, de synchromodaliteit en de combimobiliteit, het prioriteren, opvolgen en evalueren van maatregelen inzake verkeersveiligheid alsook doorstroming, het bepalen van het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk, met uitzondering van fietssnelwegen, het adviseren van de gewestelijke overheden bij de opmaak van het Geïntegreerd Investeringsprogramma en het prioriteren, opvolgen en evalueren van regionale mobiliteitsprogramma’s en -projecten die van strategisch belang zijn op het niveau van de vervoerregio.
Het engagement in de vervoerregioraad houdt voor de gemeente een actieve participatie in aan de werking en de overlegmomenten van de vervoerregioraad, het delen van beschikbare informatie (o.m. uit het eigen mobiliteitsplan) en constructief meewerken aan de uitvoering van concrete acties. De gemeentelijke vertegenwoordiger staat in voor de terugkoppeling vanuit de vervoerregioraad naar het college/de gemeenteraad.
Na geheime stemming (art. 34 D.L.B.) met 22 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 0 stemmen onthouden.
Art. 1 De schepen met bevoegdheid mobiliteit Dries Tyskens is de politieke vertegenwoordiger van de gemeente in de Vervoerregioraad van de Vervoerregio Limburg.
Art. 2 De mobiliteitsambtenaar (of bij zijn/haar verhindering een vervanger aangesteld door de algemeen directeur) is de ambtelijke vertegenwoordiger van de gemeente in de Vervoerregio Limburg. De ambtelijke vertegenwoordiger is gemachtigd de vergaderingen van werkgroepen bij te wonen.
Art. 3 Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van dit besluit. Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan het secretariaat van de Vervoerregioraad Limburg.
Art. 4 De bepalingen van Deel 2 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Het agendapunt van de Algemene vergadering van DISV Regio Noord-Limburg van 11 februari 2025, zoals opgenomen in de uitnodiging van van 9 januari 2025, wordt op basis van de bekomen documenten goedgekeurd. Schepen Edith Vanaken, tevens voorzitter van het BCSD, wordt namens het stadsbestuur afgevaardigd in de algemene vergadering van DISV regio Noord Limburg en burgemeester Sietse Wils wordt voorgedragen in de Raad van Bestuur van het DISV regio Noord Limburg.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op de uitnodiging voor de Algemene Vergadering van DISV Regio Noord-Limburg ,
Overwegende dat er op 3 december j.l. een nieuwe gemeenteraad en raad voor maatschappelijke welzijn (OCMW-raad) is geïnstalleerd in Bree;
Overwegende dat er vanuit de gemeenteraad nieuwe vertegenwoordigers moeten worden aangesteld in de algemene vergadering en de raad van bestuur van DISV Regio Noord-Limburg:
Overwegende dat het volgende agendapunt zal behandeld worden tijdens de algemene vergadering:
Na geheime stemming (art. 34 D.L.B.) met 22 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 0 stemmen onthouden.
Art. 1: Het agendapunt van de Algemene vergadering van DISV Regio Noord-Limburg van 11 februari 2025, zoals opgenomen in de uitnodiging van 9 januari 2025, wordt goedgekeurd.
Art. 2: Alle raadsleden vertegenwoordigen de gemeente in de algemene vergadering van DISV Regio Noord-Limburg.
Art. 3: Schepen Edith Vanaken wordt namens het gemeentebestuur afgevaardigd als stemgerechtigde vertegenwoordiger van de gemeente in de algemene vergadering van DISV Regio Noord-Limburg.
Art. 4: Burgemeester Sietse Wils wordt voorgedragen door de gemeente in de Raad van Bestuur van DISV Regio Noord-Limburg.
Art. 5: Het mandaat van de gemeentelijke afgevaardigden geldt, behoudens vroegere beëindiging, voor de gemeentelijke legislatuur 2025-2030.
Art. 6: De bepalingen van Deel 2, Titel 7 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Zich akkoord te verklaren met de deelname van de gemeente in het Maasbekken onder voorzitterschap van de gouverneur van de provincie Limburg. Hiertoe worden volgende gemeentelijke mandatarissen aangeduid. Effectief lid: Burgemeester Sietse Wils (bevoegd voor Milieu). Plaatsvervanger: Schepen Dries Tyskens (bevoegd voor Omgeving, Ruimtelijke ordening).
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op het decreet van 18 juli 2003 houdende het integraal waterbeleid (gecoördineerd op 15 juni 2018 in het Waterwetboek)
Gelet op het schrijven van de provinciegouverneur, voorzitter van het bekkenbestuur Maasbekken, van datum 22/12/2024 m.b.t. de vraag tot afvaardiging van een gemeentelijk mandataris in het bekkenbestuur, waarvan gemeente Bree deel uitmaakt.
Overwegende dat het bekkenbestuur tot taak heeft:
1° het bekkensecretariaat te organiseren en aan te sturen;
2° het ontwerp van het bekkenspecifieke deel van het stroomgebiedbeheerplan goed te keuren, rekening houdend met het advies dat de bekkenraad daarover heeft uitgebracht en met de resultaten van het openbaar onderzoek, vermeld in artikel 1.6.2.5, binnen een termijn van 90 dagen na het afsluiten van het openbaar onderzoek en uiterlijk vier maanden voor het begin van de periode waarop het stroomgebiedbeheerplan betrekking heeft;
3° het ontwerp van het bekkenspecifieke deel van een wateruitvoeringsprogramma goed te keuren, rekening houdend met het advies dat de bekkenraad daarover heeft uitgebracht;
4° advies te verlenen over de waterbeleidsnota en de documenten vermeld in artikel 1.6.2.5, § 1;
5° advies te verlenen over het ontwerp van zoneringsplan, vermeld in artikel 9, § 3, van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 maart 2006 houdende de vaststelling van de regels voor de scheiding tussen de gemeentelijke en bovengemeentelijke saneringsverplichting en de vaststelling van de zoneringsplannen;
6° advies te verlenen over:
a) ontwerpen van investeringsprogramma's met een rechtstreekse invloed op de watersystemen;
b) ontwerpen van investeringsprogramma's over openbare rioleringen en groot- en kleinschalige rioolwaterzuiveringsinstallaties;
7° het voorstellen van een adequate bevoegdheidsverdeling van de waterwegen en de onbevaarbare waterlopen om een meer geïntegreerd, logisch samenhangend en efficiënter beheer te realiseren;
8° indien gewenst, de toelichting en/of bespreking van belangrijke projecten of intenties binnen het bekken te agenderen.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;
Na geheime stemming (art. 34 D.L.B.) met 22 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 0 stemmen onthouden.
Art. 1: Zich akkoord te verklaren met de deelname van de gemeente in het Maasbekken onder voorzitterschap van de gouverneur van de provincie Limburg. Hiertoe worden volgende gemeentelijke mandatarissen aangeduid. Effectief lid: Burgemeester Sietse Wils (bevoegd voor Milieu). Plaatsvervanger: Schepen Dries Tyskens (bevoegd voor Omgeving, Ruimtelijke ordening).
Art. 2: Het antwoordformulier wordt digitaal ingevuld en verzonden via de ontvangen link.
Art. 3: Het mandaat van de gemeentelijke afgevaardigden geldt, behoudens vroegere beëindiging, voor de gemeentelijke legislatuur 2025-2030.
Art. 4: De bepalingen van Deel 2 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
Marie-Jeanne Savelkoul, Jan Spaas en Lambert Neyens worden aangeduid als stemgerechtigd vertegenwoordiger in de algemene vergadering van VZW Welzijnscampus Gerkenberg.
Bjorn Verlinden wordt voorgedragen als bestuurder van de VZW.
De gemeenteraad:
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op de lokale verkiezingen van 13 oktober 2024 en de installatie van de gemeenteraad en van de raad voor maatschappelijk welzijn op 3 december 2024;
Gelet op de statuten van VZW Welzijnscampus Gerkenberg, waarvan de laatste versie werd goedgekeurd door de raad van bestuur op 6/11/2023 en door de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn op 4 december 2023;
Gelet op Art. 4, sectie 1. Samenstelling – stemrecht – beëindiging van de vertegenwoordiging van een lid;
Overwegende dat, volgens het systeem D’Hondt en op basis van het op 13 oktober 2024 behaalde stemcijfer/aantal verkozen raadsleden per lijst het aan de fractie Verjonging toe komt om de eerste vertegenwoordiger aan te duiden in de algemene vergadering van de VZW, fractie OnsBree de tweede vertegenwoordiger en fractie Verjonging de derde vertegenwoordiger;
Overwegende dat de 3 vertegenwoordigers leden van de gemeenteraad moeten zijn;
Dat er één voordracht moet worden gedaan van bestuurder van de VZW (mag een niet-raadslid zijn) en dat dit aan de fractie Verjonging toekomt;
Op voordracht van de voornoemde fracties:
Na geheime stemming (art. 34 D.L.B.) met 22 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 0 stemmen onthouden.
Art. 1: Worden aangeduid als stemgerechtigd vertegenwoordiger in de algemene vergadering van VZW Welzijnscampus Gerkenberg:
Namen:
1/Marie-Jeanne Savelkoul
2/ Jan Spaas
3/ Lambert Neyens
Art. 2: Wordt voorgedragen als bestuurder van de VZW:
Naam:
1/ Bjorn Verlinden
Art. 3: Het mandaat van de gemeentelijke afgevaardigden geldt, behoudens vroegere beëindiging, voor de gemeentelijke legislatuur 2025-2030.
Art. 4: De bepalingen van Deel 2 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.
De nieuwjaarsreceptie van de stad Bree ging dit jaar door op en rond de schaatsbaan. Het stadsbestuur deelde een vooraf vastgesteld aantal bonnetjes uit en de Breeënaren dienden zelf hun consumpties te halen in de plaatselijke horeca.
De onsBree-fractie vraagt transparantie over het toepassen en uitvoeren van deze nieuwe manier van werken en heeft daarom de volgende vragen:
1. Hoeveel mensen waren er aanwezig op de receptie volgens de meerderheid?
2. Hoeveel bonnetjes werden er uitgedeeld/gebruikt (komt dit pro rata overeen met het aantal bezoekers)?
3. Welk bedrag ontving elke van de deelnemende horecazaken hiervoor?
4. Hoeveel kostte het eten en de animatie?
5. Hoeveel heeft de nieuwjaarsreceptie vorig jaar gekost: drank, eten en bediening?
In onze huidige maatschappij wordt van iedereen verwacht mee te kunnen in het digitale tijdperk, inclusief de senioren. Het stadsbestuur richt goede initiatieven in, zoals Digipunten, om ook deze generatie wegwijs te maken in de digitale wereld. Stad Bree evolueert immers mee naar meer digitale communicatie en dienstverlening. Als onze burgers een melding willen maken van een probleem in de stad, zou dit mogelijk moeten zijn zowel via de app als via de website.
Momenteel kunnen echter bepaalde meldingen niet correct doorgegeven worden via de website van de stad Bree. Het is nochtans net dit platform (in tegenstelling tot apps) dat het meest toegankelijk is voor onze senioren.
Zo komt men bijvoorbeeld terecht op een pagina die niet meer bestaat (Pagina niet gevonden | Fluvius) wanneer men onderhoud of herstellingsnood van straatlampen wil melden via de website van de stad Bree (Wil je iets melden? | Bree).
Wanneer men een melding over waterlopen uit Bree wil doen, komt men via de website van de stad Bree (Wil je iets melden? | Bree) terecht op het meldpunt waterlopen van de provincie Antwerpen (Meldpunt waterlopen - Provincie Antwerpen).
De onsBree-fractie wil transparantie vragen over de online platformen die gebruikt worden om meldingen van burgers te faciliteren en heeft daarom volgende vragen:
1. Hoe vaak wordt de website van de stad gecontroleerd en up-to-date gehouden?
2. Wat gaat het stadsbestuur eraan doen zodat de burger vlotter toegang heeft tot de pagina’s van partners zoals Fluvius en waterlopen beheerders?
Eind 2024 maakte het Vlaams meldpunt voor grensoverschrijdend gedrag de cijfers bekend van het eerste werkingsjaar. Het aantal meldingen zit op zo’n 20 per week. Dat cijfer is absoluut een onderschatting, als je weet dat de grote meerderheid van de slachtoffers geen melding maakt.
Grensoverschrijdend gedrag is echter niet alleen een individueel probleem, maar een sociaal probleem. Het vindt plaats binnen een sociale context. Er zijn omstaanders die wegkijken, voornamelijk omdat ze niet durven om of niet weten hoe te reageren. Studies tonen aan dat getuigen angst of schroom voelen om te reageren. Velen zijn bang zelf nadelige gevolgen te ondervinden in dergelijke situaties.
Tijdens een omstaanderstraining leert men strategieën om als actieve omstaander op te treden wanneer men ongepast gedrag waarneemt. Als actieve omstaander kan men het verschil maken: steun bieden aan de persoon die wordt geconfronteerd met het gedrag en duidelijk laten zien dat grensoverschrijdend gedrag zoals bijvoorbeeld geweld, pesten, intimidatie, machtsmisbruik, racisme, of discriminatie in onze stad onaanvaardbaar is.
Ter beslissing:
De onsBree-fractie vraagt om een beslissing van de gemeenteraad om gratis omstaanderstraining aan te bieden aan inwoners, uitbaters van horeca, verenigingen, jeugdbewegingen, sportclubs, organisaties en eigen personeel (niet exhaustieve lijst).
Dit agendapunt werd verworpen
De voorzitter sluit de zitting op 23/01/2025 om 20:50.
Namens Gemeenteraad,
Stefan Goclon
Algemeen directeur
Marie-Jeanne Savelkoul
Voorzitter