De gemeenteraad;
Gelet op artikel 170 §4 van de Grondwet;
Gelet op de nog geldende bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;
Gelet op het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid, artikel 2.2.6, met latere wijzigingen;
Gelet op het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het Bestuursdecreet van 07 december 2018;
Gelet op de Omzendbrief KB ABB 2019/2 over de gemeentefiscaliteit;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 8 november 2021 tot goedkeuring van het reglement leegstand woningen en gebouwen;
Gelet op het schrijven vanwege het Agentschap Binnenlands Bestuur dd. 05 januari 2022;
Overwegende dat volgende opmerkingen m.b.t. het reglement werden geformuleerd:
Inzake deze uitzondering op de vrijstelling wijzen wij u op een arrest van 26 juni 2018 van het Hof van Beroep van Gent. In dit arrest oordeelde het Hof van Beroep dat de uitzondering, op de vrijstelling van gemeentelijke belasting op leegstand (of verwaarlozing) ten behoeve van belastingplichtigen die nog geen jaar houder zijn van het zakelijk recht op het gebouw, die gesteund is op bloed- of aanverwantschap, niet redelijk verantwoord is. De motivering dat men misbruik van de vrijstellingsregeling wilt tegengaan, volstaat niet volgens het Hof. Gelet op de relatief grote omvang van de registratierechten en notariskosten (in verhouding tot de belasting die in geding kan zijn), valt het volgens het Hof niet in te zien dat een verkoop aan bloed- of aanverwanten een vorm van collusie (bedrieglijk samenspannen) is die, mogelijk gemaakt door de onderlinge band van bloed- of aanverwantschap, tot doel zou hebben om aan de belasting te ontsnappen.
Hoewel dit arrest handelt over de gemeentelijke leegstandsbelasting, lijkt het ons waarschijnlijk dat een rechtbank ook inzake de gemeentelijke heffing op ongeschikte/onbewoonbare/onveilige woningen en gebouwen hetzelfde standpunt aanneemt.
Wij raden u aan om uw reglement aan te passen aan deze rechtspraak en de betrokken uitzondering voor bloed- en aanverwanten (op de vrijstelling bij overdracht) te schrappen.
Thans volstaat als verwijzing :
“ Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen zijn van toepassing op dit belastingreglement.”
Sinds 1 januari 2020 is het artikel 11 van het Decreet van 30 mei 2008 immers aangepast als volgt:
“ Zonder afbreuk te doen aan het huidige decreet, zijn van overeenkomstige toepassing op de provincie- en gemeentebelastingen:
1° de bepalingen van titel VII, hoofdstuk 1, 3, 4, 6, 7 en 8, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, voor zover deze niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen;
2° het Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet- fiscale schuldvorderingen van 13 april 2019, met uitzondering van artikel 43 tot en met 48. “
Gelieve hier rekening mee te houden bij de toepassing van uw reglement.
Bij gelegenheid van een volgende versie van dit reglement kunt u de tekst van artikel 14 van uw reglement best aanpassen.
Overwegende dat er een aangepast ontwerp van het reglement ter nazicht werd overgemaakt aan het Agentschap Binnenlands Bestuur, waarna nog volgende opmerkingen werden gemaakt:
In artikel 1 voegt men best nog een zin toe: “Dit reglement vervangt het reglement van 8 november 2021.”
In artikel 12 zou “binnen drie maanden” vervangen moeten worden door “binnen twee maanden” zoals in artikel 4 §6 van het decreet van 30 mei 2008 vermeld wordt."
Dat het ontwerp nog aan deze opmerkingen werd aangepast;
Dat het dan ook gepast voorkomt de aangepaste versie goed te keuren, waarbij het reglement in bijlage bij dit besluit wordt gevoegd om er onlosmakelijk deel van uit te maken;
Dat de aangepaste versie het vorige reglement dd. 08 november 2021 zal vervangen;
Art.1. Het reglement leegstand woningen en gebouwen, met inbegrepen een leegstandsbelasting van 2023 t.e.m. 2025, zoals in bijlage van dit besluit wordt gevoegd om er onlosmakelijk deel van uit te maken, wordt goedgekeurd. Dit reglement zal het reglement van 08 november 2021 vervangen.
Art. 2. De bepalingen van Deel 2, Titel 7 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, meer bepaald deze inzake de melding en bekendmaking, zijn op dit besluit van toepassing.